In de periode 2017-2019 heeft de ondernemer met een BV (DGA) fiscaal mogelijkheden om gunstig van het in de eigen BV opgebouwde pensioen af te komen. Medio 2018 hebben de meeste DGA’s het pensioen afgekocht voor die dat wilden en zijn er nog een handjevol DGA’s bezig met de omzetting in de zogenaamde oudedagsverplichting (ODV). Langzamerhand komt ook de benodigde duidelijkheid over de gevolgen van zo’n omzetting bij ververing van het voormalig pensioen – nu ODV. Belangrijk, want de verschillen zijn zeker aanwezig én kunnen onverwacht tot een belastingclaim leiden. Pas je testament hierop aan.
Een overzicht van de (geschikte) opties.
Vruchtgebruik legaat
In het kort: alleen toegestaan als de vruchtgebruiker ook erfgenaam is
Voorwaarde bij de ODV is dat de ODV-uitkering bij overlijden aan de erfgenamen wordt uitgekeerd. Als de langstlevende echtgenoot echter niet tevens erfgenaam is, maar op grond van een vruchtgebruik testament de termijnen van een ODV-uitkeringen ontvangt, wordt niet voldaan de voorwaarde dat moet worden uitgekeerd aan de erfgenamen. Hierdoor loopt men tegen belastingheffing over de waarde van de ODV aan.
Keuzelegaat (tegen inbreng)
In het kort: toegestaan mits de betreffende legataris ook erfgenaam is
In het testament is een keuzelegaat opgenomen waarbij de langstlevende partner op basis van dit legaat kiest voor de ODV, al dan niet onder inbreng van de waarde van de ODV in de nalatenschap. Dit is beide toegestaan. De langstlevende moet wel tevens (mede)erfgenaam zijn.
Quasi-wettelijke verdeling
In het kort: toegestaan, tenzij het een zuiver contractuele verdeling is
Als het recht op de ODV-uitkering door meerdere erfgenamen wordt verkregen, wordt dit naar rato van het erfdeel verdeeld. Hiervan afwijken is niet toegestaan en leidt tot belastingheffing over de waarde van de ODV. Dat kan worden opgelost met een quasi-wettelijke verdeling waarbij de langstlevende partner op grond van de testamentaire verdelingsbevoegdheid de ODV aan zichzelf toedeelt.
Ouderlijke boedelverdeling
In het kort: toegestaan
Met een ouderlijke boedelverdeling wordt de ODV-uitkeringen verkregen door de langstlevende. Dit is toegestaan. Eventueel ook met een partiële / voorwaardelijke ouderlijke boedelverdeling waarbij de langstlevende ervoor kiest om de ODV-uitkeringen aan zichzelf toe te delen.
Let op: de begunstiging in een ODV-overeenkomst moet in overeenstemming zijn met het erfrecht
In de praktijk worden verschillende modellen voor de ODV-overeenkomst gehanteerd. In relatief veel gevallen is concreet benoemd wie de gerechtigde van de ODV-uitkeringen wordt bij overlijden van de dga. Als dit niet aansluit met de gerechtigdheid volgens testament, stelt de fiscus dat de ODV niet voldoet aan de wettelijke eisen met als gevolg dat de ODV-uitkeringen direct belasting met boete (revisierente) is verschuldigd. Bovendien vervalt de vrijstelling van de erfbelasting. Wettelijke voorwaarde voor de ODV is dat na het overlijden van de dga de uitkeringen van de ODV-uitkeringen toekomen aan de erfgenamen voor zover dit natuurlijke personen zijn.
Meer weten over jouw mogelijkheden? Neem contact met ons op.
Terug naar nieuws